Alledaagse heiligheid

Op zondag 3 juni verzorgde DSTS-directeur Manuela Kalsky de preek in de Dominicuskerk te Amsterdam. 

Over alledaagse heiligheid. 

 

‘Als je denkt dat heiligen morele supermensen zijn die regelmatig goddelijke ingevingen hebben en ogen draaiend in extase raken, dan heb je het mis. De kern van heiligheid, ligt niet besloten in dat soort clichés, maar in de woorden van Jezus: “alles wat jullie gedaan hebben voor één van de onaanzienlijksten van mijn broeders of zusters, dat hebben jullie voor mij gedaan.’ Dit is in het kort de boodschap van paus Franciscus in zijn recente schrijven ‘Gaudete et exsultate’ (verheug je en jubel). Helder en begrijpelijk voor iedereen legt hij uit dat het bij heiligheid niet om vroomdoenerij gaat, maar om geleefde compassie. En het goede nieuws is: iedereen kan heilig worden.

Is heilig worden dan maakbaar? Misschien niet meteen maakbaar, zegt Franciscus, maar wel haalbaar. Een voorwaarde is dat we niet ons eigenbelang voorop stellen, maar ons laten leiden door de geest van God en ons inzetten voor het goede leven van en met allen, voor het visioen van het land van melk en honing waarover de joodse en de christelijke Bijbel vertelt. Dat de weg daar naartoe niet alleen vreugde met zich meebrengt, maar ook gepaard gaat met een innerlijke worsteling, is een gegeven. Immers, het vraagt moed en doorzettingsvermogen om te worden wie je zou kunnen zijn. Of beter gezegd: wie je al bent als ‘imago dei’, als geschapen naar het beeld van God.

Het kan betekenen het oude en vertrouwde achter je te laten en niet langer te voldoen aan de verwachting van je geliefde, je kinderen, je familie, je vrienden, je collega’s. Een eigen weg gaan, het leven leven waartoe je je geroepen voelt, waartoe je geroepen bent, wordt je niet altijd in dank afgenomen. Vaak roept het weerstand op als je je niet conformeert aan de gangbare norm. De profeten wisten dat al. Oh nee, niet ik – laat mij nou rustig mijn dingen doen, zet mij niet in de spotlights met deze boodschap. Maar Hashem, de Naam, bleef maar roepen. En ze gingen en verkondigden het onheil dat over allen zou komen als er niet geluisterd wordt naar de Levende. Het liever willen terugkeren naar de veilige haven, terugverlangen naar de vleespotten van Egypte, ook al betekende dat een leven als slaaf, is o zo menselijk. Liever niet met je hoofd boven het maaiveld uitsteken, want in tijden van social media is die er af voordat je het weet. Liever veilig dan heilig, denkt menigeen vandaag.

De hoofdrolspeelster in de film, die in de stille week voor Pasen in de bioscoop draaide, dacht daar anders over. Zij gaf gehoor aan die stem met alle gevolgen van dien. De film vertelt het verhaal van een jonge joodse vrouw rond het begin van onze jaartelling, de dochter van een visser, die ervoor koos met alle conventies te breken en haar innerlijke stem te volgen. Ze weigerde haar voorbestemde rol van echtgenote en moeder en sloot zich als enige vrouw aan bij een groep mannen, die rondtrok om mensen het op handen zijnde koninkrijk van God te verkondigen. Haar naam: Maria Magdalena. Vanuit haar perspectief wordt in de gelijknamige film het paasverhaal verteld, geïnspireerd op het evangelie dat eveneens haar naam draagt. Dit evangelie van Maria Magdalena uit de tweede eeuw werd ondanks zijn vroege datering niet opgenomen in de Bijbelse canon, maar dat is een ander verhaal.

De film is een ode aan kwetsbaarheid en compassie, indrukwekkend vertolkt door Rooney Mara in haar rol als Maria Magdalena. Maria’s zus is hoogzwanger. Ze krijgt weeën, maar de geboorte verloopt niet makkelijk. De barende wordt hysterisch uit angst dat ze moet sterven. Maria Magdalena gaat naast haar liggen, neemt haar hoofd tussen haar beide handen en dwingt haar tot oogcontact om haar te kalmeren. Aanrakingen, blikken en stiltes keren gedurende de film steeds weer terug als tekenen van compassie.

Gaandeweg wordt Maria Magdalena de vertrouweling van Jezus en krijgt ze de jaloezie van haar mede-apostelen te verduren. Maar ze zet door, gaat moedig verder zonder te verharden. Haar kwetsbaarheid is haar kracht. Zij verkondigt onder de vrouwen en doopt hen, ze verzorgt de zieken, geeft de dorstige te drinken en deelt zo samen met Jezus spiritueel en materieel voedsel uit. Ook Jezus, gespeeld door Joaquin Phoenix, is eerder de ingetogen wijsheidsleraar dan de heldhaftige revolutionair. Verdriet en angst zijn hem niet vreemd en zo belichaamt ook hij de goddelijke liefde als geleefde compassie. Jezus noch Maria Magdalena noch de mannelijke discipelen zijn superhelden. Ze zijn geen wereldvreemde heiligen maar mensen van vlees en bloed, die met vallen en opstaan, met angst, vreugde en humor, gedreven door persoonlijke motieven, de droom van het op handen zijnde koninkrijk van God uit willen laten komen.

Net als in ‘Gaudete et Exsultate’ , legt ook Paulus in zijn brief aan de Romeinen in hoofdstuk 12, 1-8 de nadruk op heilig worden. Ook al klinkt zijn tekst ons vreemder in de oren, de inhoud is niet zo veel anders. Franciscus spreekt niet zoals Paulus over het brengen van een offer. Hij weet immers dat de moderne mens niet houdt van offers brengen. De positieve benadering werkt veel effectiever bij ons moderne mensen – dat weet ook de paus. Ook stellen we ons niet meer zo graag ‘in dienst van’ – immers, we beslissen zelf wel. Autoritair gedrag is ons een gruwel. Of is dat ook al weer nieuws van gisteren en verlangt de postmoderne mens juist weer naar de autoritaire leider die een duidelijke marsroute aangeeft?

‘Christenen moeten zich niet aanpassen aan deze wereld – de wil Gods is de maatstaf voor ons doen en laten’, dat is de gezamenlijke boodschap van Paulus en Franciscus. Maar let op: niet aanpassen aan de wereld betekent niet wereldvreemd zijn. Net als Paulus toen, verstaat Franciscus nu de tekenen van de tijd. Via zijn Twitteraccount @Pontifex twittert Pope Francis zijn boodschap de wereld in. Alleen al zijn Engelse twitteraccount telt 18 miljoen volgers. (Wie van u volgt de paus op twitter?)

Begin met de kleine gebaren van medemenselijkheid, luidt het advies van paus Franciscus. Bijvoorbeeld door tijd te nemen voor de ander, te luisteren naar het verhaal van je kind, je man, je vrouw. Al in die aandacht ligt heiligheid besloten, net als in het afwijzen van roddelen over elkaar, over de buurvrouw of buurman. Er wordt niet iets onhaalbaars van je verwacht, meent ook Paulus. Ontwikkel het talent dat jou geschonken is en verbind het vervolgens met de talenten van anderen. Zo lever je samen een belangrijke bijdrage aan een door God gewild leven. Maar soms, zo luidt het advies van Maria Magdalena, moet je je juist van die groepsdwang bevrijden. Niet elk opkomen voor zichzelf hoort thuis in het frame ‘egocentrisme’, waartegen paus Franciscus graag fulmineert. Zelfzorg en compassie voor de ander zijn twee kanten van dezelfde medaille, leert ons het verhaal van deze ‘apostola apostolorum’, de eerste onder de apostelen die de Verrezene heeft ontmoet.

Zou het hier om een blinde vlek op het terrein van gender bij beide mannen kunnen gaan? Bij Paulus is daar niets meer aan te doen. Maar paus Franciscus zou nog een pauselijk schrijven aan het gendervraagstuk in kerk en wereld kunnen wijden. Heeft hij de eerste stap daartoe mogelijk reeds gezet door 22 juli tot officiële feestdag van de heilige Maria Magdalena uit te roepen?

Hoe dan ook, heilig worden gaat om geleefde compassie van een ieder van ons. Er is een stem die ons roept om onze talenten daarvoor in te zetten. Hoe verheugend zou het zijn als we net als de profeten op dat roepen zouden antwoorden: Hineni, hier ben ik, Levende.