Wees hoopvol

Het goede leven voor allen. Vanuit Dominicaans-theologisch en interreligieus perspectief gaat het DSTS op zoek naar ingrediënten die nodig zijn voor dit leven. In deze serie ‘Het goede leven voor allen’ komen verschillende mensen uit de dominicaanse beweging aan het woord. Wat zijn hun smaakmakers? Voor Hans Hamers (1959) is het van existentieel belang om zinvolle relaties te hebben. Hans is o.a. pastoraal werker bij de Effata-gemeenschap in Nijmegen-Oost en lid van de dominicaanse lekengemeenschap: “Ook op de tennisbaan zoek ik zingevende relaties.”

Door: Tanja van Hummel

Wat versta jij onder het goede leven voor allen?
“Eten en een dak boven je hoofd. Dat zijn de basisvoorwaarden. Pas daarna kun je mijns inziens de vraag naar het goede leven voor allen stellen. Als je honger lijdt, als de bommen op je vallen, dan wil je alleen maar rust. Veiligheid en geborgenheid zijn onze essentiële levensbehoeften. Fysiek en mentaal.

Ik heb een aantal jaar als geestelijk verzorger gewerkt in het Radboud UMC in Nijmegen. Daar heb ik veel hopeloosheid, radeloosheid en intens verdriet gezien. In Nijmegen-Oost, waar ik vanuit de Dominicuskerk werkzaam ben, zien we vooral eenzaamheid en angst voor de toekomst. ‘Heeft het nog wel zin wat we doen?’ Het perspectief van de parochianen wordt steeds minder ‘leefbaar’. Ja, dat zie je in het ziekenhuis, maar ook gewoon in de wijk, eigenlijk overal. Dan wordt een leven leeg en vereenzamen mensen.

Eenzaamheid definieer ik als een langdurig gebrek aan zingevende relaties. Behalve de voorwaarde van een dak boven het hoofd en veiligheid, zie ik het hebben van zingevende relaties als basisingrediënt voor het goede leven voor allen. Zingevende relaties zijn relaties met andere mensen, met de omgeving of met het goddelijke. Een kluizenaar hoeft niet eenzaam te zijn, als hij zingeving haalt uit zijn relatie met God. Die zingevende relaties geven hoop, vertrouwen in de toekomst en de mogelijkheid om verdriet te delen.”

Hoe geef je in je eigen leven hier vorm aan?
“Op het gevaar af dat ik nu open deuren intrap… Maar ach, ik heb er zelf ook jaren over gedaan om erachter te komen. Voor mij is goed leven religare, een leven in goede verbondenheid met… Voor mij is dit een leven in verbinding met God. Ik probeer die verbondenheid vast te houden, maar heb in het werk als geestelijk verzorger gezien dat dit in tijden van crises lastig kan zijn; en ach, zonder crisis, dan ben ik ook wel eens ‘van God los’.

Ik heb net een eerste proefcolumn geschreven voor de wijkkrant. Ik wil daarin iets laten zien van zingeving in alledaagse dingen en momenten. Bijvoorbeeld, hoe mensen op de parkeerplaats van de supermarkt met elkaar omgaan. Hoe ze elkaar even helpen met tillen en dragen of hoffelijk de ander voor laten gaan. Veel zorg doen we ‘gewoon’ voor elkaar. ‘Natuurlijk’ help je een ziek familielid. ‘Natuurlijk’ doe je even een boodschapje voor je buurvrouw die zelf niet meer goed kan lopen. Ik vind het niet gemakkelijk om er woorden aan te geven. Je doet het zelf. Je bent zelf deel van de zinvolle relaties die het leven goed maken. Als je dat alles zo beziet, dan is dat te waarderen, als het goddelijke, als genade.”

Hoe zou de samenleving hier vorm aan kunnen geven?
“Het goede leven bestaat dus onder meer uit het hebben van uitzicht op een (goede) toekomst. Daar kunnen politiek en bedrijven een rol in spelen. Een fietsenmaker hier in de buurt heeft bijvoorbeeld een jongen in dienst die verstandelijk beperkt is. Zo heel veel kan deze jongen niet, maar er gebeurt daar wel wat, zeker bij de klanten die hem ontmoeten. Dit laat zien wat de fietsenmaker belangrijk vindt: door deze jongen werk te geven, toont hij zijn medemenselijkheid en dat het in het werk naast ‘winst maken’ ook om ‘zin maken’ gaat. En die jongen… hij draait zo mee in de samenleving en verdient wat geld.”

Hans Hamers is de persoon meest rechts op de foto.

Tanja van Hummel is stafmedewerker van het DSTS